Zestien Britse wetenschappers schreven een onderzoeksverslag over de gokproblemen in het Verenigd Koninkrijk. Het verscheen onlangs in het gerenommeerde medische tijdschrift The Lancet. Ze pleiten vooral voor onafhankelijke financiering en meer onderzoek. En ze stellen daarvoor een extra heffing voor van 1% op gokinkomsten van de gokindustrie.
Er wordt volgens hen te weinig onderzoek gedaan naar gokproblemen. Het onderzoek dat wel plaatsvindt, wordt vaak gefinancierd door de gokindustrie, in plaats van uit onafhankelijke middelen. Daarbij bestaat het risico van ‘de slager keurt zijn eigen vlees’ en dat kan niet de bedoeling zijn.
Gokproblemen is een verzamelterm. En het is belangrijk bij het lezen van artikelen het onderscheid te herkennen tussen die term en bijvoorbeeld een gokstoornis. Een persoon die af en toe te lang doorspeelt heeft wellicht een probleem. Maar bij een stoornis is de gokverslaving zodanig dat de omstandigheden rond een persoon ernstige vormen hebben aangenomen.
Die kunnen bestaan uit financiële-, emotionele- en relatieproblemen. Meestal zijn deze omgeven met geweldsdelicten, en criminele en illegale activiteiten. Bijvoorbeeld om de verslaving te financieren.
Toch denken sommige onderzoekers dat gokverslaving niet bestaat. Zij pleiten dat een gokverslaving juist het gevolg is van een oorzaak en een aanleiding.
In het Verenigd Koninkrijk heeft naar schatting 0,5% van de gokkers een gokprobleem. Zo’n probleem komt vaker voor bij mannen dan bij vrouwen. Maar het percentage vrouwen groeit wel, waardoor ze in verhouding wel dichter bij de mannelijke gokkers komen te staan. Gokstoornissen ontstaan vaak rond het 18de levensjaar, met een ruime marge van 13 tot 23 jaar.
Zoals we in eerdere berichten schreven verschillen gokspellen en gokkers per land. Elk land heeft zijn specifieke, vaak historisch bepaalde, favoriete spellen. En ook de opbouw van gokkers verschilt per land in leeftijd en overige demografische factoren. Hoewel bepaalde verschillen met de wereldwijde bereikbaarheid van online spelen geleidelijk verminderen.
In het Verenigd Koninkrijk constateren de onderzoekers dat vooral zwarte Britten onevenredig veel te vinden zijn onder probleemgokkers. Het is nog niet duidelijk hoe die komt. Ze blijken ook bij andere verslavingen een grote groep te vormen.
Bij een gokstoornis heeft, zoals aangegeven, het gokgedrag zodanige vormen aangenomen dat vaak ernstige situaties zijn ontstaan in de persoonlijke omstandigheden. Mensen met een gokstoornis hebben meestal ook andere verslavingen. Veel van hen gebruiken bijvoorbeeld ook drugs.
Ze hebben ook vaker andere psychische aandoeningen. Veel mensen met een gokstoornis leiden bijvoorbeeld aan angst- en stemmingsstoornissen. Het gokgedrag kan zowel een gevolg als een oorzaak zijn van zo’n andere psychische aandoening.
Doordat vrijwel altijd sprake is van een combinatie van factoren zijn oorzaak en gevolg niet altijd te herleiden. Soms komt een gokverslaving bijvoorbeeld pas aan het licht wanneer er ernstige financiële problemen zijn. In de huiselijke relationele situatie kan dan al sprake zijn van geweldsproblemen.
Het aantal zelfdodingen onder mensen gokstoornis is, in verhouding, ook veel hoger. Waardoor de persoon tot zo’n daad komt is dan vaak een complexe samenstelling van factoren. Maar de ontdekking van een probleem en de kans op hulp is dan vanzelfsprekend te laat.
De wetenschappers die het onderzoek in de VK deden zien de problemen groeien. Die groei is niet alleen zichtbaar bij gokken. Op andere terreinen, zoals drugsgebruik, en in het algemeen psychische aandoeningen klimmen de grafieken ook.
Bij het gokken wordt de toename van problemen vooral veroorzaakt door het gemak. Vroeger moest je naar een casino of gokhal. Tegenwoordig kun je overal online gokken op smartphone en laptop. Door die gemakkelijke toegankelijkheid steeg het aantal vrouwen en adolescenten dat gokt. Voor een gokje hoef je het huis niet meer uit.
De onderzoekers verwonderen zich vooral over de weinige aandacht van de Britse overheid en met name de gezondheidszorg. Gokstoornissen zijn een ernstig probleem in het Verenigd Koninkrijk. De gevolgen worden te laat ontdekt en gokken wordt daarbij soms niet eens als oorzaak herkent.
Er wordt volgens de onderzoekers te weinig onderzoek gedaan en er is gebrek aan structureel geld voor onderzoek. Door de vaak late (h)erkenning van de problemen is de werkelijke omvang van gok-gerelateerde problemen nauwelijks bekend. De druk die een gokprobleem legt op de diverse hulpbronnen, bijvoorbeeld therapeuten, wordt daardoor genegeerd of niet (h)erkend.
Het is volgens de Britse wetenschappers tijd dat overheden en de gezondheidszorg onderzoek naar gokproblemen hoger op hun prioriteitenlijst plaatsen.
Er is volgens de wetenschappers een ernstig gebrek aan financiering van onafhankelijk onderzoek in het VK. De huidige financiering van onderzoek vindt plaats vanuit fondsen. Die zijn voor een belangrijk deel gevuld met vrijwillige bijdragen uit de gokindustrie. Voor het beheer van de fondsen zijn de achterliggende organisaties vaak ook afhankelijk van financiering door gokondernemingen.
Om meerdere redenen komt de onafhankelijkheid en financiering van onderzoek daarmee in het gedrang. De wijze van financiering zorgt voor mogelijke belangenconflicten tussen wetenschappers en de gokindustrie. Regels van de universiteiten en andere instituten kunnen de financiering, bijvoorbeeld door het belangenconflict, ook onmogelijk maken.
Het Verenigd Koninkrijk heeft wereldwijd gezien een voorsprong in onderzoek naar (gedrags)verslaving. Ze heeft veel toonaangevende experts op dat gebied. Dat geeft hen een goede positie om onderzoek naar gokproblemen naar een hoger plan te tillen.
Bijvoorbeeld door meer inzicht te krijgen in de individuele verschillen bij gokstoornissen. Daardoor kunnen nieuwe, meer op de persoon gerichte behandelingen worden ontwikkeld.
Maar dan moet het onderzoek wel onafhankelijk en vrij van invloed van buitenaf kunnen plaatsvinden. Een extra heffing op gokinkomsten van bijvoorbeeld 1% zou daar al een eerste aanzet toe kunnen zijn.
21 maart 2022
