Tijdens het tweeminutendebat over kansspelen in de Tweede Kamer heeft de PVV een motie ingediend om de voorgenomen leeftijdsverhoging voor deelname aan kansspelen terug te draaien. Ook coalitiepartner VVD is nog niet overtuigd van het plan van staatssecretaris Teun Struycken en vraagt om nader onderzoek.
Het regende gisterenmiddag moties in de Tweede Kamer. Kamerlid Smitskam van regeringspartij PVV diende de opvallendste motie in. Hij wil dat staatssecretaris Teun Struycken (NSC) afziet van het voornemen om de leeftijd voor deelname aan risicovolle kansspelen te verhogen naar 21 jaar.
Volgens de PVV-politicus is er sprake van “betutteling”. Smitskam benoemde in zijn motie dat iedere Nederlander vanaf zijn of haar achttiende als volwassen wordt gezien en daarmee handelingsbekwaam is. Met andere woorden: de PVV vindt dat iedereen voor zichzelf kan bepalen of je wel of niet wilt gokken.
Smitskam voorziet daarnaast het risico dat jongeren die niet meer legaal in Nederland mogen gokken, massaal uitwijken naar illegale casino’s. Ook de VVD vindt dat er eerst onderzoek gedaan moet worden naar de gevolgen van het verhogen van de minimumleeftijd om aan kansspelen deel te nemen. Kamerlid Dral diende hiertoe een motie in.
Staatssecretaris Struycken laat het al dan niet aannemen van de motie van de VVD’er over aan de Tweede Kamer. Hij ontraadde echter de motie van Smitskam. Het verhogen van de minimumleeftijd is voor Struycken een van de pijlers onder zijn nieuwe visie op kansspelen. Hij verwacht niet dat jongeren massaal overstappen naar illegale casino’s als de leeftijd verhoogd gaat worden.
Het merendeel van de moties die werden ingediend hadden betrekking op het aanpakken van de illegale markt. Tijdens het eerder gevoerde rondetafelgesprek en commissiedebat over kansspelen werd al duidelijk dat de politici een strengere handhaving tegen casino’s zonder vergunning willen.
Het lijkt er op dat het de Tweede Kamer inmiddels duidelijk is geworden dat de legale markt alleen veilig en verantwoord kan zijn als illegale casino’s geen alternatief of uitwijkmogelijkheid meer zijn. Het is bemoedigend om te zien dat er moties ingediend zijn die ook de partijen rondom illegale casino’s zoals banken, spelproviders en hostingbedrijven aansprakelijk willen stellen voor de aanwezigheid van illegale casino’s in Nederland.
SP’er Michiel van Nispen diende een, door meerdere partijen ondersteunde, motie in waarin hij de staatssecretaris verzocht om gokken met geleend te verbieden. Van Nispen wil dat het storten van geld bij een online casino met bijvoorbeeld een creditcard niet meer mogelijk wordt.
De motie van Van Nispen werd overigens door de staatssecretaris ontraden. Struycken gaf als motivering daarvoor aan dat hij momenteel al laat onderzoeken of het mogelijk is om het betalen in een online casino met een creditcard verboden, dan wel ontmoedigd, kan worden.
ChristenUnie-Kamerlid Mirjam Bikker bracht twee bijzondere moties ter tafel. Ten eerste wil de politica dat het Kabinet zich, bij het opstellen van hernieuwde regels voor de legale kansspelmarkt, niet laat leiden door de opbrengsten van de kansspelbelasting.
De inkomsten voor de Nederlandse schatkist overstegen in 2024 voor het eerst het bedrag van een miljard euro. De verwachting is dat dit bedrag door de tariefverhoging van de kansspelbelasting naar 34,2% dit jaar en 37,8% volgend jaar alleen maar zal stijgen.
Ook verzocht Bikker de regering om vergunninghouders te verplichten om zich in Nederland te vestigen. Daarmee wil de fractievoorzitter van de ChristenUnie bereiken dat spelers bij casino’s altijd hun recht kunnen halen in het geval van een geschil.
Bikker neemt het daarmee op voor spelers die in het verleden – toen online gokken nog niet gelegaliseerd was – geld verloren hebben bij illegale casino’s. Deze spelers hebben rechtszaken gewonnen van online casino’s, maar krijgen geen inzage in gegevens waardoor het onmogelijk is om hun recht te verkrijgen.
Er zijn Europese landen met specifieke wetgeving die casino’s beschermen tegen dit soort claims. Bikker wil daar vanaf door casino’s met een vergunning te verplichten zich in Nederland te vestigen. Staatssecretaris Struycken antwoordde dat hij in Europees verband niets met deze motie kan doen, maar hij onderschrijft de wens van het Kamerlid.
Leadfoto via live tweeminutendebat vanuit de Tweede Kamer