Denkfouten bij gokken, ze komen veel voor. Dé gokkersdenkfout is waarschijnlijk het bekendst. Dat betekent niet dat we het daarmee voorkomen. Een gewaarschuwd mens telt voor twee luidt een bekend gezegde. Maar bij denkfouten ligt dat toch genuanceerder. Niet alleen bij het gokken overigens. Op allerlei gebieden van het dagelijks leven maken we denkfouten… terwijl we weten dat ze bestaan, ze begrijpen en in veel gevallen kunnen voorkomen.
De gokkersdenkfout, ook wel de gokkersdwaling genoemd, wordt het vaakst als voorbeeld gebruikt. Het is de fout te denken dat een ding of handeling een geheugen heeft. Maar een dobbelsteen of rouletteballetje heeft geen geheugen. Je denkt misschien dat het na 9 keer rood nu toch echt zwart gaat worden, maar die kans blijft onveranderd.
Omdat dobbelstenen geen geheugen hebben, is elke beurt nieuw. Zelfs als bij een flink aantal keren telkens een zes valt, kan de volgende beurt wéér een zes zijn. Of een vijf, vier, drie, twee of een. Een munt heeft dus ook geen geheugen. Na zeven keer kop kan het bij de volgende opgooi weer kop zijn of munt. Dit ‘kop of munt-spelletje' kom je trouwens vaak tegen als bonusspelletje op gokkasten: gok juist en je verdubbeld je inleg!
De gokkers denkfout zit hem dus in de gedachte dat de kans verbeterd na een enkele of een aantal beurten. Die blijft bij de dobbelsteen echter 1 op 6 (16,6 %) en bij een muntstuk 1 op 2 (50-50).
Zwart-witdenken is een van de denkfouten bij gokken die ook regelmatig voorkomt. Het wordt door sommigen de negativiteitsdwaling en door anderen, omgekeerd, de positiviteitsdwaling. Bij zwart-witdenken zie je vooral het slechte of het goede in een situatie. In het dagelijks leven overheerst de negatieve kant bij de meeste mensen die deze fout maken. Ze kijken te veel naar het journaal. Of lezen de krant en worden geconfronteerd met een overdosis berichten over ongelukken, rampen en criminaliteit. Je kunt mensen die zwart-wit
Bij het gokken zie je echter voornamelijk de positiviteitsdwaling, door sommigen ook wel het optimisme-vooroordeel genoemd. Het komt voort uit de gedachte dat jij als individu bijzonder bent. Wellicht gebruik je als motivatie de innerlijke stem ‘ik ben speciaal, ik ben de uitverkorene, geluk is mijn deel’.
Dat het balletje talrijke keren verkeerd viel wil je niet zien. En het grijze gebied, waarin je zowel wat won als verloor, druk je ook weg. Je gaat door want je bent voor het geluk geboren, dus je zal winnen. In feite speel je op basis van hoop.
Beter is het wat realistischer naar de spelsituatie te kijken. Dan zie je dat je, net als iedereen, zowel goede als slechte momenten hebt. En dat je je gedachten bij het spel moet houden en niet bij valse verwachtingen.
Psychologen en andere ‘-ogen' noemen deze fout het liefst Confirmation Bias. De Nederlandse vertaling vertelt direct waar de fout zit: voorkeur voor bevestiging. Het is de neiging van mensen te kiezen voor informatie die hun gedachten over iets bevestigt. Dat gaat vaak onbewust. Dus bij het lezen van veel berichten in een krant onthoud je de berichten die jou het meest aanspreken, zonder daar bewust voor te kiezen.
Bij gokken en weddenschappen, bijvoorbeeld op sport, komt de bevestigingsfout op verschillende manieren voor. Vanzelfsprekend afhankelijk van jouw persoonlijke overtuigingen. Die kunnen schijnbaar rationeel zijn, bijvoorbeeld wanneer je een wetenschappelijk onderzoek hebt gelezen over fruitmachines. Maar ze kunnen ook irrationeel zijn en zelf neigen naar bijgeloof, bijvoorbeeld wanneer je denkt te winnen (of verliezen) als een jockey een geel truitje draagt.
Bij de bevestigingsfout hoort ook een selectief geheugen. We herinneren ons vooral de situaties die onze ideeën bevestigen. En daarbij kunnen we onszelf op allerlei manieren voor de gek houden, bijvoorbeeld met tijd. Een gewonnen beurt is dan nog pas kort geleden, ook al was het de eerste beurt. De verloren beurten daarna worden naar achteren gedrukt, in tijdsbeleving en/of gedachten.
Het is niet makkelijk, maar de enige oplossing is open te staan voor nieuwe informatie en te durven kijken naar je eigen (mogelijke) misvattingen. Een overtuiging kan verouderd of verkeerd zijn, doordat omstandigheden zijn veranderd. Alleen met nieuwe informatie krijg je dan nieuwe inzichten.
Bij de resultaatfout kijk je als gokker teveel naar de uitkomst en beredeneert die terug naar de beslissing. Win je een gok of weddenschap dan beoordeel je de genomen beslissing als goed, slim en verstandig. Bij verlies ga hij er vanuit dat hij de inleg of weddenschap deed op basis van een foute beslissing.
Het resultaat werd echter bepaald door meerdere factoren. Bij roulette waren dat bijvoorbeeld de croupier, het wiel, de tafel, je medespelers, het drankje en wellicht de tochtige wind die de loop van het balletje even beïnvloedde. Al met al is het resultaat gewoon toeval.
Het heeft dus geen zin om achteraf de beslissing voor een inleg, weddenschap of andere gok te beoordelen. Beslissen doe je vooraf op basis van informatie die je op dat moment hebt.
Bij de recentheidsfout kijkt de gokker bij het nemen van beslissingen vooral naar recente gebeurtenissen. Hij neemt een beslissing op basis van de laatste beslissingen en resultaten.
Dat gebeurt bijvoorbeeld wanneer hij met de juiste argumenten beslist niet te gokken. Wanneer het resultaat dan toch gunstig is, wat hij dus niet verwachtte, dan gokt hij daarna in dezelfde situatie wel. Terwijl de argumenten dus gelijk bleven. Of hij neemt een slechte beslissing en wint, dan neemt hij daarna dezelfde slechte beslissing.
Je maakt de recentheidsfout ook wanneer je, na achter elkaar enkele winsten, besluit hoger in te zetten. Dat is de recentheidsfout in combinatie met de gokkersdwaling.
Het kan overigens ook zijn dat je iets denkt te herkennen in de winsten van voorgaande beurten of gewonnen wedstrijden. Wellicht zo onbenullig als het eerder genoemde gele truitje van een jockey of een croupier die aan zijn neus zit bij het werpen van het balletje. Je wedt op de jockey met het gele truitje of zet in op rood als de croupier aan zijn neus zit.
De terugkijkfout is ook een verraderlijke fout. Wanneer we het de ‘ik heb het altijd geweten’-fout noemen, begrijp je het waarschijnlijk al. In het dagelijks leven komt het ook veel voor.
In de gokomgeving is het wat lastiger te herkennen. Bij de terugkijkfout beschouwt de gokker de resultaten uit het verleden als voorspellingen. Terwijl er bij gokken geen manier is om te weten wat er bij een volgende ronde gebeurt. Het probleem bij de terugkijkfout is dat we denken specifieke oorzaken te kunnen aanwijzen. Daarmee is echter de kans groot dat we valse informatie in gedachten nemen.
Het is bij gokken vaak een gevoel. Na 7 keer winnen op rij, denk je dat je verstandige beslissingen nam. Terwijl je eenvoudig geluk had. In het dagelijks leven zijn het meestal verkeerde gevolgtrekkingen. De tijdspanne is daar vaak langer. Zie je twee mensen woorden hebben en een week later hoor je dat ze gaan scheiden, dan had je dat een week daarvoor natuurlijk al gezien.
De superieurenfout is een van de denkfouten bij gokken waarbij je een ander belangrijker maakt dan jezelf. Je zet een ander op een voetstuk. Je beoordeelt de mening van een vriend als te waardevol. Op zich kan het zo zijn dat die ander meer verstand heeft van het spel en misschien scoort hij inderdaad hoog bij een intelligentietest. Maar dat hoeft geen reden te zijn jezelf weg te cijferen.
Naast de superieurenfout is er ook de bijna vergelijkbare groepsfout. Daarbij vind je de groep waartoe jijzelf behoort belangrijker dan andere groepen. Op zich is dat niet direct verkeerd. Maar wel wanneer je de ander daardoor wantrouwt en hun informatie niet meeneemt in je besluitvorming.
Psychologen hebben tientallen denkfouten geformuleerd, niet allemaal per se denkfouten bij gokken. In de praktijk leverde dat even zovele namen en omschrijvingen op. Maar de meeste daarvan beschrijven ongeveer hetzelfde. Waardoor de fouten op elkaar lijken, hetzelfde zijn of in elkaar overlopen.
Bijvoorbeeld de bevestigingsfout is hetzelfde of vergelijkbaar met de geloofsvoordeel-fout, de aandachtsfout, de Semmelweis Reflex, de conservatismefout, de door-keuze-ondersteunde-vooringenomenheid, het bandwagoneffect, de status quo fout en het waarheidseffect.