De poster ‘Dogs playing Poker’ hangt in speelhallen, cafés, studentenhuizen en op veel meer plaatsen. Miljoenen zijn er verkocht. Het is wellicht een van de bekendste kunstwerken. Deskundigen vinden het geen kunst, maar een kitscherig voorbeeld van huisdecoratie. Dat neemt niet weg dat het tot de vijf werken behoort die vrijwel iedereen kent.
De meeste mensen kijken naar ‘Dogs playing Poker’ en vinden het eenvoudig een leuke afbeelding. Er zijn ook mensen die nadrukkelijker kijken en meer zien dan kaart spelende honden. En onder die mensen zijn er die zich afvragen hoe oud de afbeelding is. Voor hen en alle andere geïnteresseerden hier het verhaal over ‘Dogs playing Poker’, zijn maker Cassius M. Coolidge en de andere schilderijen in de serie.
Dogs playing Poker heet officieel ‘A Friend in Need’. Het werd echter vooral bekend als ‘Dogs playing Poker’, voornamelijk omdat het direct vertelt wat er gebeurt op de afbeelding. Cassius M. Coolidge schilderde het in 1903 in opdracht van reclamebureau Brown & Bigelow uit Minnesota. Coolidge maakte voor hen een serie van zestien schilderijen met honden, waarvan de meeste poker spelen.
‘Dogs playing Poker’ werd de bekendste. De naam werd echter ook een verzamelnaam van alle afbeeldingen met kaartspelende honden. Vrijwel alle afbeeldingen kwamen overigens kort daarna al op posters, kalenders, puzzels, breiwerk en andere beelddragers. En dat bleef doorgaan, vooral met de als ‘A Friend in Need’ begonnen afbeelding.
De schilderijen uit de bedoelde serie voor het reclamebureau zijn niet de eerste schilderijen met honden die Coolidge maakte. In 1840 schildert hij al ‘Laying down the Law’, waarop een hond een wettekst ondertekend. Er volgen meer hondenschilderijen. Maar in 1894 komt hij met ‘Poker Game’. Daarop spelen vier St. Bernard honden een kaartspel.
Waarschijnlijk is dit schilderij aanleiding voor Brown & Bigelow een soortgelijke serie te vragen. Die is dan bedoeld als reclame voor een sigarenmerk.
Cassius Marcellus Coolidge wordt op 18 september 1844 geboren in Antwerp, de naar Antwerpen genoemde plaats in de staat New York. Hij is de derde zoon in een boerengezin, waarin na hem nog drie meisjes komen.
De boerderij van zijn ouders ligt tussen de steden Antwerp en Philadelphia, New York. Zijn jeugd speelt zich vooral af in deze twee plaatsen. Hij gaat naar school in Antwerp. Op zijn zestiende verlaat hij het ouderlijk huis. Het boerenleven lijkt hem niets en de jonge Coolidge gaat op zoek naar avontuur.
Hij heeft een paar baantjes na elkaar. Daarnaast studeert aan een handelsschool van de staat. In 1864 behaalt hij daar zijn certificaten. Kort daarna werkt hij in een drogisterij. In 1866 koopt hij die zaak met een vriend. Maar zijn enthousiasme in het werk is van korte duur.
Cassius gaat een opleiding boekhouden volgen bij de Eastmans College Bank. Daar kan hij vrij snel aan de slag als boekhouder. Later promoveert hij er tot assistent-kassier. Naast zijn werk blijf hij studeren en hij leest veel. Met al zijn verzamelde kennis richt hij als 28-jarige een eerste bank op in Antwerp, de Jefferson Bank. Een jaar daarvoor is hij al een krant gestart in zijn geboorteplaats. En in hetzelfde jaar 1872 investeert hij met zijn broer in Rochester in een drogisterij. Het toont de ondernemende geest van Coolidge.
Veel activiteiten doet hij ook naast elkaar. Zo is hij opzichter van het schooldistrict, schrijft hij teksten voor een tijdschrift en helpt hij als verkoper bij een doe-het-zelf zaak. In dezelfde periode werkt hij ook af en toe op de boerderij van zijn vader. Daar zorgt hij vooral voor het moderniseren. Verder zit hij in het bestuur van de vrijmetselaarsloge in de streek.
De lijst van activiteiten in die periode tot 1873 is eigenlijk oneindig.
In 1873 reist hij naar Europa. Als hij na een paar maanden terugkomt gaat hij in Rochester wonen. Vanuit die plaats reist hij door Amerika en gaat reisverhalen schrijven voor diverse kranten en tijdschriften. Thuis schrijft hij een column voor een plaatselijke krant. Daarbij tekent hij al vrij snel ook een illustratie.
Kort na zijn terugkomst legt hij ook een idee vast in een patent. Het is het concept voor komische fotoborden. Die bestaat uit een grote tekening van een persoon of dier, waarbij het gezicht is uitgespaard. Door dat gat moet iemand zijn hoofd doen, waarna een foto wordt gemaakt. Het patent wordt begin januari 1874 toegekend.
Een collega is enthousiast over de tekenvaardigheden van Coolidge en verwacht dat hij daarmee geld kan verdienen in de bruisende stad. Met de collega reist Coolidge naar New York. Daar volgt hij enkele lessen in portrettekenen. Maar een baan kan hij niet vinden. Na een paar maanden reist hij terug naar Antwerp.
In de omgeving daarvan kent men Coolidge al als schilder, illustrator en kunstenaar. Hij hield zich ooit bezig met schilderen van nummers op huisdeuren. En rond zijn twintigste tekende hij cartoons voor enkele kranten uit de streek. Een aardig zakcentje verdiende hij toen ook als sneltekenaar. Daarbij maakte hij een schets van personen, daarvoor betaalde de getekende persoon en de omstanders om te mogen kijken.
Terug uit New York pakt hij het tekenen en ondernemen weer op. Hij begint onder andere het postorderbedrijf Comic Foreground waarin hij karikaturen verkoopt, gebaseerd op zijn patent. Coolidge tekent en schildert honderden van die voorgronden met een gat waar iemand een hoofd doorheen moet steken. Lange tijd is het zijn belangrijkste bron van inkomsten.
Het gaat zelfs zo voorspoedig dat hij studenten inhuurt en opleidt om ook borden te schilderen. Eén van die studenten is Gertrude Kimmell. Coolidge is altijd vrijgezel gebleven, maar met Kimmell bouwt hij een relatie op. In 2009 trouwt de dan 64-jarige Coolidge met de 29-jarige Gertrude. Ze krijgen een jaar later dochter Marcella.
Naast de start van het bedrijf begint Coolidge na New York enkele nieuwe ideeën voor schilderijen met honden verder uit te werken. Dat is eigenlijk een vervolg van een activiteit die nog niet is genoemd. Coolidge deed altijd ook reclamewerk. Dat begon ooit met illustraties op sigarendozen voor plaatselijke fabrikanten. Regelmatig werd hij echter gevraagd illustraties te maken voor anderen. Hij tekende en schilderde posters en advertenties, en illustreerde boeken. Daarbij ook enkele boeken van zijn neef Asenath; tekeningen die hij ondertekende met Kash, de naam die hij ook gebruikte voor zijn geïllustreerde columns.
Cassius Coolidge begon rond 1870 al met het schilderen van honden in menselijke situaties. En hij maakte toen zelfs al enkele tekeningen en schilderijen met pokerende honden. Uit de tijd dat hij het weer oppakt rond 1890 is zijn bekendste werk, het genoemde ‘Poker Game’.
De opdracht van reclamebureau Brown & Bigelow zorgt echter voor een eeuwig durende nalatenschap. Waarbij vooral het schilderij ‘‘A Friend in Need’ altijd populair is gebleven. En zoals gezegd menig speelhal, café en studentenhuis siert. En wellicht ook een plek heeft gevonden in een online gaming mancave.