Ipsos I&O heeft in opdracht van het ministerie van Justitie en Veiligheid een onderzoek uitgevoerd naar de relatie van jongvolwassenen met gokken. Dit onderzoek betrof het gebruik van enquêteformulieren om belangrijke vragen te stellen met betrekking tot hun gokgedrag. Ook werden onderwerpen aangehaald als kansspelverslaving en gokproblemen onder jongvolwassenen.
Uit het onderzoek is gebleken dat bijna de helft van de jongvolwassenen zelf stappen wil ondernemen om gokproblemen te voorkomen. Een vragenlijst werd verspreid onder jongvolwassenen in de leeftijdscategorie van 18 tot 24 jaar, waarbij degenen die uitsluitend aan loterijen deelnemen buiten beschouwing worden gelaten. Uiteindelijk resulteerde dit in een groep van 354 personen die binnen de specifieke doelgroep van jongvolwassenen vielen.
40% van de ondervraagden was 23 of 24 jaar oud, waarvan 54% vrouw. Aangezien de groep gokkers overtegenwoordigd wordt door mannen is dit opmerkelijk te noemen. In het onderzoek kwam naar voren dat in totaal 69% man was. Onder de jongvolwassenen was dat 66%.
Er is gebruikgemaakt van een onderzoeksmethode om gokproblemen te analyseren. Daarbij werd gekeken naar het risicoprofiel van alle jongvolwassenen. 54% van de jongvolwassenen ervaarde geen gokproblemen. Ongeveer een kwart van de ondervraagden behoorden tot gematigd-risicogokkers (9%) en hoog-risicogokkers (14%).
Er werden meerdere vragen gesteld met betrekking tot gokproblemen. Eén vraag was of de jongvolwassenen weleens zelf iets ondernomen hebben om problemen tijdens gokken te voorkomen of te beperken. Negen voorbeelden werden gebruikt met daarin maatregelen die genomen konden worden in het geval van gokproblemen. Opties als zelf hulp zoeken bij Loket Kansspel of een inschrijving bij Cruks werden genoemd.
Van de groep had 58% nog nooit een van de genoemde maatregelen hoeven nemen om te voorkomen dat ze gokproblemen kregen. Wel is 49% van de gokkers van plan dit in de toekomst te doen. Een van de meest gekozen maatregelen was dat gokkers zelf afspraken met zichzelf maken en zich er dan ook aan houden. Dit kan van alles zijn, waaronder het instellen van speellimieten of een maximale inzet per beurt.
Een andere optie die erg vaak gekozen werd onder jongvolwassenen was om tijdelijk een gokstop te houden en zich niet in te schrijven voor het Cruks-register. In gevallen waar hulp gezocht moest worden (denk aan huisarts, verslavingszorg en Loket Kansspel) van anderen, werd er terughoudend gereageerd. Ook werd duidelijk dat gematigd- en hoog-risicogokkers erg bereid zijn zelf stappen te ondernemen om hun gokproblemen te voorkomen.
Er kwam naar voren dat 84% van de ondervraagden denkt dat ze het gokken onder controle hebben. 75% daarvan overtuigd dat zij ook zelf signalen zullen herkennen als gokproblemen zich zouden voordoen. Dan zullen ze sneller besluiten om te stoppen met gokken, zo bleek uit het onderzoek.
Eén op de zes jongvolwassenen verwacht problemen te krijgen als ze gaan gokken. Van de groep hoog-risicogokkers gaf meer dan de helft aan dat ze verwachten dat hun gokgedrag negatief zal ontwikkelen. Hoog-risicogokkers denken minder vaak de controle over hun gokgedrag te hebben. Ongeveer de helft daarvan verklaarde dat zij het gokken nog wel onder controle denken te hebben.