Een paar dagen geleden was het de eerste van de maand. De klok sloeg middernacht en onze doorsnee online gokker opent zijn favoriete casino-app en lacht: “Jippie! Mijn limieten zijn gereset!”
De netto stortingslimiet van € 700,- per maand is ingevoerd om spelers te beschermen tegen problematisch gokgedrag. Echter, omdat er bijna 25 legale aanbieders zijn, kunnen spelers eenvoudig bij meerdere casino’s een account aanmaken, waardoor de effectiviteit van de limiet afneemt. Dit kan leiden tot verhoogd risico op verlies, aangezien spelers in totaal veel meer kunnen storten dan oorspronkelijk bedoeld. Bovendien staan illegale aanbieders klaar om deze “zoekende” spelers op te vangen met misleidende beloftes en spelers blootstellen aan ongereguleerde en risicovolle gokomgevingen.
Vanaf 1 oktober 2024 mogen Nederlandse spelers bij legale online casino’s maximaal € 700,- per maand storten. Dit bedrag is bedoeld om gokkers te beschermen tegen problematisch spelgedrag. Maar let op: dit is een netto limiet, wat betekent dat winsten (uitbetalingen) opnieuw gestort kunnen worden en niet meetellen. Dus in theorie kan een speler nog steeds onbeperkt doorspelen, zolang er winsten worden behaald en opnieuw ingezet. Bij verlies houdt het spelletje van de netto stortingslimieten op – voor veel spelers het eindpunt na de 1e week van de maand.
Maar hier komt de zwakte van het systeem naar voren:
Spelers kunnen bij meerdere legale aanbieders tegelijk spelen. Dit betekent dat de limieten in de praktijk gemakkelijk te omzeilen zijn door simpelweg bij meerdere casino’s een account aan te maken. In plaats van bescherming leidt de limiet dus tot versnippering van speelgedrag en potentieel juist tot méér risico, waarbij alle casino’s individueel veronderstellen dat het wel goed zit met deze spelers.
De online casino-exploitanten hebben het spel inmiddels ook door. Waar vroeger het salaris van de doorsnee werknemer rond de 23e van de maand leidde tot een omzetpiek, is het nu de eerste week van de maand waarop de champagne ontkurkt wordt. Alle limieten zijn gereset, dus alle pijlen worden gericht op de eerste kalenderdagen. Spelers moeten gepamperd worden, aanbiedingen vliegen hen om de oren, en de eerste week bepaalt wie een loyale klant binnenhaalt.
Een aantal online casino’s heeft de overheid restricties op creatief-wettelijke wijze weten te omzeilen: Drie simpele vragen stellen en een speler op zijn blauwe ogen geloven dat hij een directeurssalaris van € 10.000,- per maand geniet? Geen probleem. Blijkbaar is Nederland een land vol directeuren, tandartsen en profvoetballers. Een schitterende business case: als je alleen maar de bovenkant van de samenleving aantrekt, moet je als online casino exploitant iets goed doen, toch? Hulde aan de marketeers van deze online casino's!
Nou, nee. De realiteit is anders. De Kansspelautoriteit (KSA) heeft inmiddels de fluit laten klinken: casino’s die al te ruimhartig met de regels zijn omgegaan, hebben tot 1 maart de tijd gehad om hun spelers door een gedegen screening te halen en limieten aan te passen. “Comply or Explain” werd de markt verteld, maar in de praktijk geldt: gewoon aanpassen en niet mauwen. Het concurreren met andere online casino's op het gebied van compliance is een halt toegeroepen!
De wetgever heeft zijn werk gedaan en kijkt tevreden toe. De verslaving is in toom gehouden, de casino boeven zijn een lesje geleerd en online gokken is veiliger dan ooit. De realiteit? Die is, zoals altijd, net iets weerbarstiger.
Neem bijvoorbeeld een “affordability check”. De overheid bepaalt dat maximaal 30% van het netto-inkomen recreatief besteed mag worden, dus ook aan online gokken. Een fictieve speler met een stabiel netto inkomen van € 6.000,- per maand lijkt veilig binnen de marges te vallen. Casino’s kennen deze speler een netto stortingslimiet toe van € 1.800,- op basis van aangeleverde bankafschriften. Op diezelfde bankafschriften valt te zien dat deze speler bij 5 andere legale aanbieders respectievelijk € 1.800,-, € 1.600,-, € 1.250,-, € 1.800,- en € 2.900,- gestort heeft afgelopen maand. Waarschijnlijk hanteren de eerste 4 casino’s netjes de 30% van € 6.000,- en heeft casino 5 de speler 3 simpele vragen gesteld en voor waar aangenomen dat het een tandarts betreft met florerende praktijk die € 10.000,- netto per maand verdient.
Allemaal keurig binnen de wet, allemaal keurig conform de regels. Maar ook allemaal een prachtige illustratie van hoe schijnveiligheid werkt.
Deze (fictieve) speler is ondertussen een onbewuste slalomkampioen op de skipiste van risicodetectie. Zonder het zelf te beseffen, ontwijkt hij moeiteloos alle parameters die algoritmes voeden. Geen melding van nachtelijk spelgedrag, want hij speelt gewoon overdag. Geen alarmbellen over een stijgend stortingspatroon, omdat hij pas twee dagen een account heeft. En ook geen waarschuwing over lange speelsessies, want hij blaast er in één uur € 1.800,- doorheen. Geen signaal van verlies najagen, omdat hij simpelweg maar een uurtje speelt. De algoritmes kijken toe, maar registreren niets. En zo slalomt deze speler ongestoord langs alle controlemechanismen heen, terwijl de online casino’s hun systemen toch netjes ingericht hebben.
Een wettelijk vertegenwoordiger verslavingspreventie toont mij het bankafschrift en stelt een voorbeeld te stellen: “maximale interventie!” “Nee, account sluiten!” stel ik vragend voor. “Nee, dan verdwijnt deze speler uit het zicht en is het einde zoek. Maar we moeten er wel iets mee. Daarom interventie. Dit zijn de gevallen die volgende maand bij Kassa of EenVandaag (eenzijdig) belicht worden, met de online casino industrie als dader, niet falend overheidsbeleid,” aldus de wettelijk vertegenwoordiger verslavingspreventie.
En de speler? Die waant zich beschermd door de overheid, gewikkeld in een overheidscondoom genaamd “netto stortingslimieten”. Maar de praktijk laat dus zien dat de regels poreus zijn en slimme spelers met een beetje creativiteit alsnog duizenden euro’s per maand kunnen vergokken.
En terwijl de wetgever zichzelf feliciteert en de online casino’s vrolijk hun marketingstrategie aanpassen, is er één duidelijke verliezer: de speler. Die denkt beschermd te zijn, maar ondertussen het speelveld in wordt getrokken waar de kaarten altijd in zijn nadeel zijn.
Welkom in de wereld van gereguleerd online gokken. Veilig, verantwoord en vooral: een valkuil voor wie zich in schijnzekerheid wiegt.
Minister Bikker en Kamerlid Van Nispen staan zij aan zij, tevreden glimlachend naar de pers. “We hebben de online gokmarkt eindelijk in toom,” verkondigen ze trots. De graaiende meedogenloze casinoboeven zonder scrupules zijn aangepakt, de stortingslimieten zijn ingevoerd en de stemmende burger kan gerust zijn: gokverslaving behoort tot het verleden!
Een prachtig plaatje, ware het niet dat het een klassieke vorm van symboolpolitiek is. De regels creëren een papieren werkelijkheid waarin de overheid de illusie wekt dat spelers beschermd worden. Maar wie verder kijkt dan de persconferenties en verkiezingsretoriek, ziet dat het probleem nauwelijks wordt opgelost.
Want terwijl Bikker en Van Nispen elkaar overladen met schouderklopjes, past de markt zich simpelweg aan. Slimme spelers verspreiden hun stortingen over meerdere aanbieders, online casino exploitanten volgen de letter in plaats van de geest van de wet, en de enige die écht gelooft in deze schijnzekerheid is – hoe ironisch – de wetgever zelf.
Voordat de netto stortingslimieten werden ingevoerd, speelden de meeste gokkers bij één of hooguit een paar aanbieders. Hierdoor had de betreffende aanbieder een compleet overzicht van het speelgedrag en de financiële situatie van de speler. Dit stelde online casino’s in staat om adequaat te reageren wanneer er signalen van problematisch speelgedrag ontstonden. Responsible gaming beleid kon effectief worden toegepast, omdat alle stortingen, inzetten en verliezen binnen één omgeving inzichtelijk waren.
Sinds de invoering van de stortingslimieten is het speelgedrag echter versnipperd. Spelers die de limiet van € 700,- bereiken, wijken simpelweg uit naar andere aanbieders, waardoor geen enkele exploitant nog een volledig beeld heeft van het gokgedrag van een individuele speler. Dit maakt het aanzienlijk moeilijker om tijdig in te grijpen bij problematisch speelgedrag. De ironie is dat een maatregel die bedoeld was om spelers te beschermen, er in de praktijk juist toe leidt dat deze bescherming afneemt.
De realiteit schreeuwt om een overheid die niet blijft hangen in schijnoplossingen, maar bereid is om realistisch naar de maatschappij en de praktijk van vandaag te kijken. Het is hoog tijd dat de politiek haar ogen opent en terugkeert naar de tekentafel om te komen met propere, doordachte wetgeving die een evenwicht creëert tussen de menselijke drang om te gokken en de bescherming van diezelfde mens.
De legale (online) casino’s zijn immers niets anders dan uitvoerders van het beleid. Zij voeren de regels uit die hen worden opgelegd en hebben behoefte aan duidelijke richtlijnen en een leefbare situatie. Goede regulering is geen strijd tegen de markt, maar een samenwerking tussen overheid en exploitanten, waarbij het doel moet zijn om een realistisch, uitvoerbaar en effectief kader te scheppen.
Zolang de politiek blijft vasthouden aan papieren zekerheden in plaats van werkelijke bescherming, zullen spelers de dupe blijven. De limieten zijn niet meer dan een façade, een middel om zieltjes te winnen en de publieke opinie voor de gek te houden. Het is tijd om dat te doorbreken.
Een effectieve overheid durft fouten te erkennen en beleid bij te sturen wanneer blijkt dat maatregelen niet het gewenste effect hebben. In het geval van de op 1 oktober ingevoerde stortingslimieten zou de conclusie glashelder moeten zijn: deze regels schieten hun doel voorbij en dragen juist bij aan risicovoller speelgedrag. De logische stap zou zijn om de maatregelen terug te draaien en te werken aan een regulering die spelers wél beschermt in plaats van hen richting versnipperd en minder controleerbaar speelgedrag te duwen.
Maar daar wringt de schoen. Want in de politieke arena is het makkelijker om vast te houden aan papieren successen dan toe te geven dat een beleid gefaald heeft. Beeldvorming en het eigen imago zijn voor veel politici belangrijker dan het daadwerkelijk beschermen van de speler. Het terugdraaien van een eerder met veel bombarie ingevoerde maatregel zou immers gezichtsverlies betekenen. En dus blijft men de schijn ophouden dat de stortingslimieten een grote stap vooruit zijn in verslavingspreventie, terwijl in werkelijkheid het tegenovergestelde gebeurt.
Echte bescherming vraagt om realisme en de moed om verkeerde keuzes te corrigeren. Maar in Den Haag telt vaak iets anders zwaarder: de illusie van daadkracht en het veiligstellen van de volgende verkiezingswinst. En zolang dat de prioriteit blijft, zullen spelers het gelag betalen.
Waar ik in dit artikel bewust niet op ingegaan ben, is de ongemakkelijke spagaat waarin de overheid zichzelf heeft gewrongen. Aan de ene kant wil ze de online gokmarkt reguleren en spelers beschermen tegen kansspelgerelateerde schade. Aan de andere kant vult ze gretig de schatkist met kansspelbelasting— een verdienmodel dat inmiddels harder doordendert dan een jackpotwinst op een progressieve slot. Het resultaat? Een overheid die enerzijds waarschuwt voor de gevaren van gokken en anderzijds met open hand klaar staat om de opbrengsten te innen. Kiezen of delen? Liever allebei!